Kantelen is een speels silhouet van een trap- en klokgevel, vormen die zo typerend zijn voor de Utrechtse binnenstad. Het reliëf nodigt uit tot aanraken, volgen en gebruiken: kinderen kunnen er spelenderwijs de contouren ontdekken, voorbijgangers kunnen er op zitten of liggen in de zon. Het werk verwijst naar de verdwenen kantelen van Kasteel Grouwaart, dat ooit aan het einde van de André Voltenlaan stond. Tegelijkertijd maakt de titel een knipoog naar de schaduwen van de huizen, die met hun strakke silhouetten kantelen over het gras.
De basale vormentaal en het materiaalgebruik herinneren aan de geometrische sculpturen van André Volten, naar wie de laan is vernoemd. Zijn oeuvre wordt gekenmerkt door heldere vormen in natuursteen, staal, rvs en terrazzo. De plek van het werk versterkt de betekenis. Waar ooit Kasteel Grouwaart stond, zijn alleen nog de contouren als een voetafdruk in het landschap zichtbaar.
